In de Romeinse tijd werd er vooral gerst, emmertarwe en haver verbouwd. De akkers lagen ten zuidwesten van het park. Opvallend is dat er geen brood_en spelttarwe is verbouwd. Terwijl dit wel het belangrijkste eten was voor soldaten in de forten aan de Rijn, de grens van het Romeinse rijk. Spelt en broodtarwe zijn wintergranen en daarvoor waren de akkers kennelijk ongeschikt. Deze stonden namelijk in de winter niet droog. In de moestuinen, binnen de villa, werden groentes geteeld zoals biet, peen, pastinaak en selderij maar ook zwarte mosterd en/of koolzaad, maanzaad en hop. De bewoners aten ook fruit; vooral vlierbessen, hazelnoten en bramen.
Zie de homepage voor een routekaartje langs alle QR paaltjes.